– verschenen in nr. 19
Tekst Yvonne Zonderop – beeld Aart-Jan Venema
Andreas Schleicher leidt het OESO-onderzoek naar de ontwikkeling van emotionele en sociale vaardigheden bij de jeugd. Simpele feitenkennis in het onderwijs, voorheen de snelste weg naar succes, voldoet niet meer.
Ze wonen in Houston, in Moskou, in het Chinese Suzhou, in Bogota, in Rome, in Helsinki en ze zijn tussen de tien en vijftien jaar. Na de zomer krijgen zij, samen met leerlingen uit nog vijf wereldsteden, een jaar lang onderzoekers van de Organisatie voor Economische Samenwerking en Ontwikkeling (oeso) op bezoek. De kinderen gaan intensief gevolgd worden. Op school, maar ook thuis, in hun vrije tijd, in de omgang met familie en vrienden. De onderzoekers willen weten hoe de jeugd zich emotioneel en sociaal gedraagt en ontwikkelt. Hun observaties moeten leiden tot een wetenschappelijk onderbouwde basis voor een nieuw, wereldwijd curriculum: gewenste vaardigheden voor de 21ste eeuw.
De motor achter dit grootschalige project is Andreas Schleicher, een 54-jarige natuurkundige en statisticus, directeur Educatie en Vaardigheden van de oeso en erkend onderwijsdeskundige. Hij geeft onder meer leiding aan de beroemde Pisa-ranglijst die onderwijsprestaties meet van vijftienjarigen wereldwijd. Wie goed kon rekenen en lezen, was tot voor kort welhaast verzekerd van een hoge score.
Maar de oeso is bezig de steven te wenden. Er komt meer aandacht en waardering voor ‘zachtere’ competenties, zoals aanpassingsvermogen, creativiteit, volharding, empathie. Die capaciteiten worden belangrijker in een wereld die snel verandert en complexer wordt, terwijl simpele feitenkennis juist aan waarde inboet. Goed onderwijs kan eigenlijk niet meer zonder educatie in sociale en emotionele vaardigheden, vindt de oeso. Maar waar hebben we het dan over? Over welke vaardigheden, en hoe ontwikkelen die zich? Hoe kan een leerkracht daaraan bijdragen? Het is aanleiding voor het grootscheepse onderzoek, The Study on Social and Emotional Skills, waar kinderen vanuit Zuid-Korea tot Canada en Turkije input voor moeten leveren, en waaraan Schleicher leiding geeft.