Yvonne sprak 13 september 2019 bij het Prinsjesdagontbijt, naast Mark Rutte en Ad van Nieuwpoort. Het was de 30e maal dat dit ontbijt wordt georganiseerd. Hieronder de integrale tekst.
Als je, zoals ik, een boek schrijft over de verrassende comeback van religie krijg je veel – en veel verschillende – reacties. Zo werd ik laatst gebeld door een journaliste uit Antwerpen. Laat ik haar Anne noemen. Anne schreef een verhaal naar aanleiding van de rapper Kanye West die een eigen kerk is begonnen met een eredienst voor hemzelf – en die daarmee verbazend veel belangstelling trekt van jongeren. Terwijl we praatten over wat dit zou kunnen zeggen over de terugkeer van religie zei ze opeens: ik ben 32 jaar, en ik ben jaloers op mijn moslimvriendinnen die hun geloof als een metgezel met zich meedragen. Want ik heb niets.
In al haar eerlijkheid beschreef Anne een gevoel ik al een tijdje met mij meedroeg, en dat ik ben gaan onderzoeken voor mijn boek. Ja, er is weer – meer – belangstelling voor en behoefte aan religie en spiritualiteit. En ja, we zijn er verlegen mee. Na de verzuiling en de daarop volgende ontzuiling is religie in Nederland zo ongeveer verdwenen als publiek fenomeen. Het werd een kwestie van: als je dan zo nodig wilt geloven, ga je gang, maar val mij er niet mee lastig. En dan noem ik niet eens de luidkeelse stemmen die religie bestempelden als ‘dom’ of ‘achterlijk’, en die de mensen die wél geloven beschroomd, om niet te zeggen kopschuw hebben gemaakt om nog uit te komen voor hun overtuigingen. Ik heb ze veel gesproken in het afgelopen jaar, want ze nodigden mij massaal uit. Blij als ze waren met wat zij beschouwden als steun uit onverdachte hoek: een ongelovige journaliste die komt vertellen dat religie ook goede kanten heeft, dat het onze serieuze belangstelling verdient, en dat geloven zo gek nog niet is….
In mijn boek noem ik het verzuilingstrauma als belangrijke oorzaak. Ik beschrijf hoe ik zelf als katholiek meisje opgroeide in een zuil die aanvoelde als een lege cocon, waar geboden en verboden zwaarder telden dan inspiratie en waar kerkgang een kwestie was van sociale conventie: eerst naar de kerk, dan naar open en oma, in je nette jurk. Weglopen uit die katholieke zuil was niet zozeer een kwestie van verzet of gewetensstrijd, het was een enkele reis richting vrijheid en zelfbestemming. We konden toch heel goed zonder die kerk? Dit afscheid en dit ideaal van zelfbeschikking zetten vervolgens langdurig de toon, en als je Jeroen Pauw of Arjan Lubach hoort, denk je weleens: ze hebben het nog steeds niet helemaal verwerkt…
We zijn nu 40, 50 jaar verder, en het negatieve imago dat aan religie is gaan kleven, laat overal sporen na. Er dreigt een ontzuilingstrauma te ontstaan. Laat ik drie domeinen noemen waar de gevolgen zichtbaar worden van het misverstand dat religie slechts een privezaak is.
Allereerst de politiek. We zitten hier tenslotte aan het Prinsjesdagontbijt. Het geloof als inspiratiebron voor politiek handelen wordt niet vaak meer, en in elk geval niet meer vanzelfsprekend aangehaald, uitgezonderd de SGP en de Christenunie. In het CDA is door Pieter Heerma geopperd om de betekenis van de C te veranderen van Christelijk in Conservatief. Premier Rutte maakt er geen geheim van dat hij Nederlands Hervormd is, maar je zult hem er in de Tweede Kamer niet snel naar horen verwijzen.
Is het dan begrijpelijk dat sommige stemmers denken dat onze christelijke erfenis nagenoeg is verdwenen. Dat ze, om Anne te citeren, niets hebben? Het is geen toeval dat Geert Wilders en Thierry Baudet juist op die erfenis een beroep doen. Er is een onbestemd gevoel van gemis. Als niemand anders de erfenis claimt, kunnen zij hem oppikken, al is het voor de vorm. Dan krijg je uitspraken als ‘God is rechts, dat weet ik zeker’. Of de christelijke erfenis gaat over ‘eigen volk eerst’. In heel Europa beroepen populisten zich op christelijke symboliek, denk aan Salvini met zijn Mariabeeld. Ze geven een soort van nestgeur af en raken een snaar.
Religie is immers ook een kwestie van wortels en traditie, van gedeeld cultuur- en gedachtengoed. Het is belangrijk om onder ogen te zien. De Britse historicus Tom Holland, beroemd van zijn boeken over de Romeinse tijd, schreef zeer recent het boek Dominion, the making of the western mind. Het gaat over het christendom als bron van ons westerse denken, ik kan het u aanraden. Holland beschrijft hoe de Romeinen arme slaven mishandelden en eigenlijk niet als mensen beschouwden, en hoe hem dat steeds meer ging tegen staan. Hij besloot op zoek te gaan naar de wortels van het idee dat elk mensen van waarde is, en evenveel waard is. Hij kwam uit bij Jezus. Niet dat hij gelovig werd, maar Holland begon wel in te zien hoezeer het christendom onze moraal heeft gevormd. Het is geen toeval dat alle landen met een democratische rechtsstaat christelijke wortels hebben. We zijn het alleen vergeten, of we dichten het liever toe aan de Verlichtingsdenkers, in onze verontwaardiging over wat de kerk allemaal verkeerd heeft gedaan. Dat is een gemis. Nu de beschermwaardigheid en het belang van onze liberale democratie minder vanzelf spreken, denk ik weleens: missen we bezieling van het christendom dat hieraan ten grondslag lag? Dat leerde ons dat elk mens gelijk is voor God, en niet, om maar eens iets te noemen, onderdeel van een kaste.
Ik noem mijzelf een cultuurchristen. Dan zeggen mensen: maar dat doet Thierry Baudet ook, voel je je daar wel senang bij. Waarop ik antwoord: heeft hij daar soms het alleenrecht op verkregen? Soms zou je het bijna gaan denken…
Het ontzuilingstrauma manifesteert zich ook het maatschappelijke domein. Weinigen voelen zich nog geroepen om religie in het algemeen of het christendom in het bijzonder aan te prijzen as such, dus niet omdat je er zelf in gelooft maar omdat je het waardevol vindt. Het heeft ons onzeker gemaakt bij de komst naar ons land van migranten met een andere, zichtbare, serieuze geloofsopvatting. Dat vonden en vinden velen van ons maar eng, en dat is het onderlinge begrip niet ten goede gekomen. Vergelijk dat eens met de houding van Financial Times, die op haar boekenpagina’s elke twee tot drie maanden een serieuze bespreking wijdt aan een boek over religie. Want als 85 procent van de wereldbevolking religieus is, zal er wel iets inzitten, en is het in elk geval maatschappelijk van belang. We kennen dat niet.
Wat weet de gemiddelde Nederlander van de maatschappelijke rol die Paus Franciscus of de Anglicaanse kerk opeist in het klimaatvraagstuk. De kerk, dat gaat toch over problemen met kindermisbruik en homoseksualiteit? Het ministerie van BZ gaat nu een cursus religie opzetten voor jonge ambtenaren die naar het buitenland gaan en die er niets van weten of begrijpen. Het departement zojuist een religieus gezant benoemd als erkenning dat godsdienst er in het grote buitenland nu eenmaal echt toe doet. Ze hebben mij gevraagd te komen vertellen waar onze afkeer vandaan komt, en dat het misschien wel eerder een teken is van provinciaals denken dan van intellectuele superioriteit.
Naast het politieke en het maatschappelijke is er ook het persoonlijk gemis. Denk aan Anne. Waar moet je terecht als je open staat voor oude verhalen, voor het hogere, voor rituelen, voor bezieling? Maar niet voor de kerk? Weet je dan misschien Ad van Nieuwpoort te vinden, de begenadigd spreker die we straks gaan horen? Of ga je, net als die 40 miljoen anderen, naar het you tube kanaal van Jordan Peterson om zijn bijbelcolleges te volgen? In een ontzuild Nederland mag je het zelf uitzoeken.
Neem Laura. Zij studeerde aan de kunstacademie. En ze wilde voor haar eindexamen iets doen met religie, schreef ze mij. Op de academie kon niemand haar helpen, de docenten vonden het een eng onderwerp. In armoede wendde ze zich tot mij. Ik schreef: graaf in jezelf, dan komt er heus iets op. Drie maanden later mailde ze dat ze was geslaagd. Ze had een mobiele biechtbus gemaakt. Een eigen vertaling van een eigen behoefte aan iets tastbaars religieus, dwars tegen haar leerkrachten in.
Mag ik het voor de verandering eens in economische termen zeggen. Het is niet dat er geen vraag is… maar waar is het hedendaagse aanbod? Weet u het? Velen van u zijn religieus geïnspireerd. Aan die inspiratie is behoefte. Het verzuilingstrauma is over zijn hoogtepunt heen. We zijn in een volgende fase beland. Claim die erfenis, vertaal hem naar nu. Dan doet u mee aan die verrassende comeback van religie – die ik in mijn boek heb aangekondigd.